Het is je nu vast wel duidelijk dat ik over een super power beschik: toveren met taal. Nu zet ik die natuurlijk graag in om jouw teksten na te kijken en te schrijven, maar waarom zou ik het daarbij laten? Deze text unicorn redt jou graag ook nog op een andere manier, door haar taalkennis te spuien in deze Text Unicorn blogs. Vandaag is mijn magische unicorn hulpje dat of wat.

Schrijf je nou iets dat of iets wat? Weet jij het antwoord nou al? HO. STOP. Je gaat je tijd toch niet verspillen? Ik heb genoeg andere inspirerende informatie waarmee ik jou kan helpen. Denk je: hè hè, tijd om dit eindelijk onder de knie te krijgen? Keep reading! Deze taaltip is een wel heel letterlijke tip. Het is namelijk geen officiële regel maar een advies. Hieronder beschrijf ik de voorkeur. Doe er dus vooral mee wat je zelf wilt!
Wanneer gebruik je dat?
Het verwijswoord dat gebruik je om te verwijzen naar het-woorden, ook als het lidwoord het in de zin niet voor het zelfstandige naamwoord staat.
Het boek dat ik heb gelezen was fantastisch.
Een scherm dat op zwart staat, moet je niet vertrouwen.
Wanneer gebruik je wat?
1 – Na een onbepaald woord
Onbepaalde voornaamwoorden zijn bijvoorbeeld al(les), enige, dat(gene), (niets) en (zo)veel. Ook als er een bijvoeglijk naamwoord achter staat, zoals belangrijks, gebruik je liever wat.
Alles wat jij doet, is verkeerd.
Ik heb iets belangrijks wat je moet weten.
2 – Na een bijvoeglijk naamwoord, de overtreffende trap en een rangtelwoord die zelfstandig worden gebruikt
Misschien zegt dit je niet zoveel. Bijvoeglijke naamwoorden zoals vreemd en goed kun je zelfstandig gebruiken. Je krijgt dan het vreemde en het goede. Hierna gebruik je wat. De overtreffende trap komt je vast al wat bekender voor, denk aan: het beste, het laagste, het mooiste. En ook rangtelwoorden kun je zelfstandig gebruiken: het eerste, het tweede, het derde.
Het eerste wat ik je wil vertellen is dat ik je heel mooi vind.
3 – Bij een verwijzing naar de hele zin
Een verwijswoord gebruik je niet alleen om naar een ander woord te verwijzen. Je kunt het ook gebruiken om te verwijzen naar een hele zin. In dat geval gebruik je wat. Als je hiervoor dat gebruikt, maak je wel een taalfout. Er zit namelijk een betekenisverschil tussen.
Mijn vriendin veranderde het liedje dat ik goed vond.
Mijn vriendin veranderde het liedje wat ik goed vond.
Zie jij het verschil? In de ene zin vind je het liedje goed, maar in de andere zin vind je de verandering juist goed. Dat slaat het liedje en wat slaat op de verandering.
4 – Als het verwijswoord aan het begin staat van een soort bijvoeging
De bijvoeging is meestal een soort toevoeging, die je eventueel ook weg kunt laten zonder de zin daarmee al te veel te veranderen.
Ze hadden daar alleen Brusselse wafels, wat mijn favoriete snack is.
Last but not least
Als iets een precieze betekenis heeft in de zin, kun je beter dat gebruiken in plaats van wat. Het belangrijkste om op te letten als je de keuze maakt voor dat of wat is namelijk het nadenken over de betekenis van je zin.
Dit boek is het mooiste dat ik heb.
Dit boek is het mooiste wat ik heb.
Valt jou het verschil op? In de eerste zin is het boek het mooiste van al je boeken. Terwijl je in de tweede zin zegt dat het boek het mooiste is van alles wat je hebt. Dat is toch een tikkeltje dramatischer.
Gebruikte jij ‘wat’ en ‘dat’ door het lezen van deze blogpost al op de juiste manier? Snap je het advies of is er iets nog niet helemaal duidelijk? Laat het me weten, ik help je graag verder. Andere taaltips vind je hier.
Geef een reactie